blog data september 2021 1

In dit blog lees je waarom fysiotherapeuten de vragenlijsten van hun patiënten beter niet zelf kunnen invullen als ze hun eigen ontwikkeling, de praktijk en beroepsgroep een warm hart toedragen.

9 september 2021 | Auteur: Nick Muhren | Leestijd: 4 minuten

Het is donderdagmiddag 14:50 uur en je rondt de behandeling af van Carla, een 38-jarige verpleegkundige en moeder van twee kinderen. Haar rugklachten zijn goeddeels hersteld en ze geeft aan tevreden te zijn met het herstel en de behandeling. En ze heeft haast: ze wil nog een boodschap halen en de kinderen komen zo uit school. Ze bedankt je voor je hulp en verlaat met vlotte tred de praktijk. Mooi, je hebt nog tien minuten voor administratie, maar eerst koffie… Je opent het dossier en denkt: “Shit, de eindmetingen vergeten. Dan vul ik die zelf wel even in, dat is sneller dan haar bellen of mailen. Over vijf minuten zit de volgende patiënt klaar, en dan wil ik dit traject afgesloten hebben, mijn administratie stapelt zich al op…”

Herkenbaar? Waarschijnlijk wel. Verstandig? Nee. Hieronder lees je waarom het beter is om Carla zelf alles te laten invullen. En belangrijker nog: je leest wat je dan met die gegevens kunt.

1. Ontwikkeld voor patiënten
Patiënt gerapporteerde uitkomstmaten (PROMs) heten niet zomaar ‘PATIËNT-gerapporteerde uitkomstmaten’. Ze zijn ontwikkeld en onderzocht voor de patiënt. Het is dan ook vanzelfsprekend dat patiënten de vragenlijsten zelf invullen, maar in de praktijk gebeurt dat niet altijd. Soms vanwege tijdgebrek, maar ook omdat de technische/digitale mogelijkheden niet volledig worden benut of omdat patiënten daar niet zo handig mee zijn. Dat is echter geen goed excuus…

2. Therapeut schat patiëntscore slecht in
Er is namelijk een grote kans dat jouw inschatting niet klopt als je vragenlijsten namens je patiënt invult. Ook al denk je misschien dat het wel meevalt, uit onderzoek van Miki et al. [1] blijkt van niet. Zij concludeerden dat 21 fysiotherapeuten na een intake bij in totaal 78 patiënten met rug- en beenpijn slecht konden voorspellen hoe de patiënten scoorden op verschillende psychologische vragenlijsten. Therapeuten kunnen dus niet zo goed inschatten hoe patiënten op een vragenlijst scoren. Doe je dat wel? Dan zijn je data niet betrouwbaar en niet goed bruikbaar in de praktijk.

3. Vergelijken met een vorig traject
Voor Carla maakt het op dat moment misschien niet zoveel uit, ze is immers uitbehandeld én tevreden. Maar als ze een jaar later terugkomt, dan is het prettig als je kunt teruggrijpen naar een compleet dossier met kloppende cijfers. Stel dat je haar nieuwe beginscores wilt vergelijken met de eindmeting van de vorige keer? Dat kan alleen als ze de eindmetingen ook zelf invulde.

4. Trends in eigen behandeldata
Niet alleen voor het vergelijken bij dezelfde patiënt is zuivere data nodig. Ook als je gegevens van meerdere patiënten met elkaar wilt vergelijken is het essentieel dat je gegevens echt zijn. Als je vaak patiënten met dezelfde klachten ziet, kun je namelijk trends vinden in jouw data. Interessant en leerzaam, dus laat je patiënten altijd zelf hun vragenlijsten invullen.

blog data september 2021 2

5. Vergelijking tussen collega’s onderling
Nog interessanter is het om jouw gegevens te vergelijken met die van een collega die dezelfde patiënten behandelt. Zo kan het vergelijken van een startende en ervaren collega leiden tot fraaie inzichten. In voortgangsgesprekken kan de praktijkhouder op basis van data onderbouwde complimenten geven, maar het kan hem of haar ook helpen om verbeterpunten inzichtelijk te maken. Voor de starter, maar zeker ook voor de ervaren therapeut.

6. Verantwoorde beslissingen
Bovendien zijn zuivere data essentieel voor een gezonde bedrijfsvoering. Praktijkhouders maken steeds meer keuzes op basis van data, maar daarvoor moeten de cijfers wel kloppen. Het is bijvoorbeeld niet ondenkbaar dat een deel van de fysiotherapeutische zorg over enkele jaren niet meer per zitting gefinancierd wordt, maar dat de zorgverzekeraars per traject een vast bedrag vergoeden. Voordat je als praktijk beslist of je daar in mee gaat wil je niet alleen weten hoe lang en hoe vaak je die patiëntengroep gemiddeld behandelt, ook de patiënttevredenheid en veranderscores op PROMs helpen om een verantwoorde beslissing te nemen.

7. Waarde van fysiotherapie
En last but not least: data worden steeds vaker gebruikt voor het aantonen van de waarde van fysiotherapie. Data draagt bij aan de substitutie van zorg: de beweging binnen de gezondheidszorg om te komen tot ‘de juiste zorg op de juiste plek’. Als de data uit de fysiotherapie minder betrouwbaar zijn dan gegevens van andere zorgverleners ondermijnt dat de onderhandelingspositie van de beroepsgroep.

Kortom: betere data begint bij jezelf…


Wil je leren wat je op dagelijkse basis met data kunt?

Dan is de e-learning 'Hoe gebruik ik data in de praktijk' wat voor jou. Deze e-learning ontwikkelden we samen met Stichting Keurmerk Fysiotherapie. Aanleiding is dat in de peerreview-systematiek blijkt dat veel fysiotherapeuten moeite hebben met het gebruiken van data in de behandeling en het interpreteren van gegevens.

De e-learning bevat kennisclips over het verzamelen, gebruiken en interpreteren van data. Met praktijkvoorbeelden gekoppeld aan casuïstiek leer je hoe je data kunt inzetten om je patiënten nog beter te helpen en leer je van collega's door jouw data te vergelijken met die van hen.

Meer informatie over deze e-learning

 data-sijmen


Meer lezen?

Kunnen fysiotherapeuten inschatten hoe patiënten scoren op psychologische vragenlijsten?


Geschreven door: Nick Muhren MSc, sportfysiotherapeut en vakreferent bij NPi
Datum: 9 september 2021

Referenties:
[1] Miki T, Kondo Y, Takebayashi T, Takasaki H. Difference between physical therapist estimation and psychological patient-reported outcome measures in patients with low back pain. PLoS One. 2020;15(1):e0227999.