Om therapeuten te ondersteunen bij een leven lang leren creëren we samenhang tussen onze scholingen: begin bijvoorbeeld met een basiscursus, doe daarna een vervolgcursus en blijf bij met masterclasses, webinars en e-learnings. En met de NPi-service blijven therapeuten op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in de wetenschappelijke literatuur.
10 thema’s en 26 leerlijnen
Jaarlijks verzorgen wij meer dan 200 scholingen met ruim 6.500 deelnemers. Om overzicht te houden hebben we onze diensten ingedeeld in 10 themagebieden:
 |
Arbeid en bedrijf |  |
Musculoskeletaal |
 |
Bekkenproblematiek |  |
Neurologie |
 |
Hart, vaat en longen |  |
Ouderen |
 |
Kinderen |  |
Psychosomatiek |
 |
Lymfologie en oncologie |  |
Sportgezondheidszorg |
Binnen deze 10 thema’s onderscheiden we 26 leerlijnen. De leerlijnen bevatten scholingen over eenzelfde onderwerp, lichaamsgebied of specialisatie. Hier vind je een overzicht van de leerlijnen.
Scholingsniveau
Wij verzorgen scholingen voor afgestudeerde fysiotherapeuten, dit is dus per definitie post-HBO-onderwijs.
In ons scholingsaanbod maken we onderscheid tussen:
- verdiepende scholingen die voor elke fysiotherapeut toegankelijk zijn;
- scholingen op expert-niveau waarvoor specifieke ingangseisen gelden.
Ingangseisen
Die ingangseisen kunnen variëren. Voor sommige expertscholingen is een voorbereidende e-learning voldoende om deel te kunnen nemen. Maar voor andere expertscholingen kan een basiscursus of masteropleiding vereist zijn.
Met deze ingangseisen zorgen we ervoor dat jij qua ingangsniveau bij de juiste scholing zit. Ook proberen we zo te voorkomen dat cursisten met te weinig voorkennis het leerproces van de andere deelnemers belemmeren. We willen er namelijk voor zorgen dat jij tijdens de scholing écht de diepte in kunt gaan. Alleen dan kun jij het maximale uit die scholing halen en kun je jouw patiënten de volgende dag nóg beter helpen.
Praktijkgerichte scholing
Veel van onze scholingen bevatten praktijkonderdelen. Dat moet ook wel, want het is een van onze speerpunten om de alledaagse context van de fysiotherapie zoveel mogelijk te benaderen in het onderwijs. In de meeste cursussen gebruiken we casuïstiek om praktijksituaties na te bootsen. In het statement over ‘case-based onderwijs’ lees je de uitgangspunten die we hierbij hanteren.
Wij hebben als doelstelling om in onze scholingen de alledaagse context van de praktijk zoveel als mogelijk te benaderen. Zodoende wordt de ontmoeting tussen therapeut en cliënt in de beroepspecifieke setting veelal als vertrekpunt genomen. Binnen veel van onze cursussen maken we gebruik van casuïstiek als onderwijsmiddel, ter herkenning van de beroepspecifieke setting enerzijds en ter verbetering van klinische redeneervaardigheden anderzijds. Dit noemen we ‘case-based onderwijs’.
Met het beschrijven van biomedische gegevens en een unieke context krijgt een klachtenverhaal een gebalanceerde en unieke persoonlijke betekenis. Door niet alleen een ‘verteller-perspectief’ te hanteren, maar juist/ook het verhaal van de cliënt of de dialoog tussen cliënt en therapeut als uitgangspunt te nemen, wordt de klinische werkelijkheid met al zijn onzekerheden dichter benaderd.
Bij de inrichting van het case-based onderwijs hanteren we de volgende uitgangspunten:
- Het leerdoel van de scholing is richtinggevend voor de casusbeschrijving. Het oefenen van het diagnostisch redeneren vereist een set van anamnestische gegevens, al dan niet in combinatie met bevindingen uit het lichamelijk onderzoek, terwijl het therapeutisch redeneren vertrekt vanuit de fysiotherapeutische diagnostische analyse (het patiëntprofiel in termen van diagnostische conclusies).
- Case-based onderwijs dient te voldoen aan de pijlers van Evidence Based Practice (EBP), waarbij klinische expertise zich uit in het oordeelkundig en gewetensvol integreren van het best beschikbare bewijs met de klinische omstandigheden en de waarden en voorkeuren van de individuele cliënt bij het nemen van behandelbeslissingen. Via het expliciteren van redeneerwijze en redeneringen binnen een casus kan het alledaagse fysiotherapeutische handelen op kwaliteit worden beoordeeld.
- Bij de keuze voor een casus wordt rekening gehouden met de epidemiologie (prevalentie en incidentie) van gezondheidsklachten en aandoeningen.
- Er is sprake van een functioneringsprobleem gerelateerd aan bewegen, dat te beschrijven is aan de hand van de ICF-domeinen.
Voor de beschreven casuïstiek hanteren we de volgende richtlijnen:
- Iedere casus weerspiegelt een persoonlijke situatie (naam, leeftijd, persoonlijke achtergrond en levensgeschiedenis).
- Er wordt beschreven in welke setting en hoedanigheid de ontmoeting plaatsvindt (vooraf-gegevens over de verwijzing, plaats van de ontmoeting en de reden voor contact).
- Ook kan de indruk die een cliënt op de therapeut maakt worden verwoord. Deze kan meetbare, maar ook niet meetbare elementen bevatten.
- Indien relevant zijn er persoonlijke gegevens over de mogelijke/ingeschatte belevingswereld van de cliënt beschreven.
- Er is een duidelijke vraag om hulp van een cliënt, de omgeving van de cliënt of een verwijzend specialist beschreven.
- Er zijn zowel biomedische gegevens (symptomen, fysiologische parameters en/of pathologische kenmerken) als persoonlijke/narratieve gegevens (over de gedachtewereld van de cliënt in relatie tot zijn of haar gezondheidsprobleem en indien relevant uit de directe omgeving van de cliënt) beschikbaar.
Basiscursus > Vervolgcursus > Masterclass?
In onze cursuskalender vind je verschillende titels:
- We gebruiken het woord ‘cursus’ voor scholingen van 1 tot 5 dagen. Langere scholingen noemen we een ‘opleiding’.
- De termen ‘basis- en vervolgcursus’ hanteren we voor scholingen met een directe relatie: je kunt een vervolgcursus in principe alleen doen als je eerst de basiscursus (of een andere vergelijkbare cursus) hebt gevolgd. Dat staat dan natuurlijk bij de ingangseisen vermeld.
- ‘Masterclasses’ zijn expertscholingen (met ingangseisen) die worden gegeven door een (inter)nationaal gerenommeerde expert én die vernieuwend zijn voor fysiotherapeuten met een specialisatie of aantekening in een register.
- Scholingen die vrijwel alleen bestaan uit praktisch oefenen noemen we een ‘vaardigheidstraining’.
- Scholingen met meer dan 50 deelnemers noemen we een ‘symposium’ of ‘congres’ als er één centraal programma is, en ‘conferentie’ als er verschillende scholingssessies tegelijkertijd plaatsvinden.
- Een ‘webinar’ is een korte livebijeenkomst die we online via ZOOM organiseren.
- Een ‘e-learning’ is een online scholing die altijd beschikbaar is en die je 24/7 kunt volgen (on demand).
Incompany
Voor instellingen en praktijken die een scholing met hun team en/of in hun vertrouwde omgeving willen volgen verzorgen we incompany-scholingen. We doen dit tientallen keren per jaar, bijvoorbeeld voor regionale samenwerkingsverbanden, ziekenhuizen, revalidatiecentra, verpleeghuizen en eerstelijnspraktijken. Hier lees je de voordelen van een incompany-scholing en de ervaring van deelnemers.
Blended learning
Al jaren maken we gebruik van ‘blended onderwijsvormen’, en dat neemt steeds verder toe. Blended learning kent drie pijlers:
- online leren
- leren in contactonderwijs
- leren in de beroepspraktijk
Denk bij online leren bijvoorbeeld aan een e-learning als voorbereiding op één of meerdere scholingsdagen op locatie, of een tussentijdse digitale toets om het leerproces in kaart te brengen en de inhoud van de volgende scholingsdag te sturen. Door de opgedane kennis en vaardigheden uit het contactonderwijs toe te passen in de praktijk komt het leren in de beroepspraktijk aan bod.
Via MijnNPi kom je in onze digitale leeromgeving op www.npicursus.nl, waar je alle praktische scholingsinformatie, eventuele voorbereidingsopdrachten, videomateriaal en achtergrondkennis terugvindt. Voor e-learnings en toetsen ga je via MijnNPi naar www.npilearning.nl en de webinars organiseren we via ZOOM.